Interprofessioneel samenwerken voor een oza
Hoe zorg je ervoor dat professionals uit onderwijs en zorg op een effectieve manier samenwerken aan een oza om kwaliteit te leveren voor het kind of de jongere? Het kiezen van eenzelfde methodische aanpak blijkt in de praktijk goed te werken. Dat vraagt wel om interprofessionele samenwerking.
Interprofessionele samenwerking
De samenwerking tussen onderwijs- en zorgprofessionals binnen een oza gaat verder dan multidisciplinair werken. Bij interprofessioneel samenwerken hebben deze professionals een gezamenlijke visie en een geïntegreerde aanpak om een omgeving te creëren waarin de leerling zich optimaal kan ontwikkelen. Samen maken ze keuzes over doelen en methodische bouwstenen als basis voor het programma. Daarmee weten zij de kwaliteit te versterken door elkaars kennis, ervaring en beroepsvaardigheden te herkennen en te benutten.
Een belangrijke voorwaarde voor interprofessionele samenwerking is dat verschillende disciplines elkaar respecteren en vertrouwen. Daarvoor helpen gezamenlijke trainingssessies en intervisiemomenten waarop professionals ervaringen en 'best practices' kunnen uitwisselen.
Ook het werken in een gezamenlijk dossier kan het eenvoudiger maken om consistent en transparant samen te werken en hierop te reflecteren.
Werkzame factoren voor interprofessioneel samenwerken zijn onder andere:
- het ontwikkelen van een gezamenlijke visie
- wederzijds vertrouwen en afstemmen van verwachtingen
- overeenstemming over doelen en methodische bouwstenen
- reflectie- en casuïstiekbespreking
Interprofessioneel samenwerken in onderwijs en jeugdhulpGrip krijgen op interprofessioneel samenwerken
Methodische bouwstenen en uitgangspunten
Oza's kunnen net zo verschillend zijn als de ondersteuningsbehoeften van leerlingen. Een leerkracht kan bijvoorbeeld een uur onderwijs per dag op een zorglocatie verzorgen, maar ook de hele dag samenwerken met een zorgprofessional in een groep. En een zorgmedewerker kan ook een paar keer per week een gerichte vaardigheidstraining geven aan een groep.
Het belangrijkste is dat iedereen het oza zo goed mogelijk afstemt op wat de kinderen en jongeren voor wie het bedoeld is, nodig hebben. En een aanpak kiest die gebaseerd is op werkzame elementen die passen bij de doelen van het oza voor die kinderen en jongeren.
Daarom is het zaak om samen een heldere definitie te hebben van de doelen, de doelgroep en de methodische bouwstenen of werkzame elementen, afgestemd op de leerlijnen waarmee het onderwijs werkt. Zo ontstaat een kwalitatieve aanpak met herkenbare elementen en begrippen die alle betrokkenen houvast geven.
In de praktijk blijkt dat een oza goed uitpakt als professionals uit onderwijs en zorg met dezelfde methodieken werken.
Doordat we op dezelfde manier werken, zijn het steeds minder twee werelden. Het grijze gebied ertussen wordt steeds meer gedicht.
Effectieve jeugdhulp: wat werkt?Wanneer is een onderwijs-zorgarrangement effectief?
Bruininks model
Voor het vormgeven van een methodische aanpak voor een oza is bijvoorbeeld het Orthopedagogisch Methodiekmodel van Bruininks goed te gebruiken. Dit model verbindt theorie, professioneel handelen en praktijk vanuit het perspectief van het kind door een aantal basiselementen invulling te geven:
- Bij klimaat gaat het bijvoorbeeld om hoe de ruimte wordt ingericht, welke regels belangrijk zijn, hoe het ritme van de dag vorm krijgt of welk materiaal gebruikt wordt
- Bij situaties hanteren gaat het bijvoorbeeld over de vraag hoe om te gaan met vrije tijd, spel-, eet- en onderwijssituaties en met lichamelijk contact
- Bij relatie vormgeven gaat het over je houding als professional in de relatie met een specifiek kind of een specifieke groep, hoe je handelt of hoe je de autonomie van een kind versterkt.
Door samen volgens zo'n model te werken versterk je de kwaliteit van het dagelijks handelen en vergroot je de mogelijkheden voor reflectie en verbeterafspraken.
Zie voor de basiselementen ook de bijlagen van de publicatie Visie en basisaanpak lvb+.
Hoe helpen we Merel?
Merel is 8 jaar en heeft een oza. Ze krijgt een uitbarsting als een medeleerling tegen haar aanloopt. Ze begint te schreeuwen en gooit haar boeken op de grond. De pedagogisch medewerker neemt Merel mee naar de rustige ruimte om op adem te komen. Dit is zo afgesproken in het oza. De leerkracht en de pedagogisch medewerker spreken het voorval na. Ze delen hun observaties. Ze stellen elkaar vragen over hoe ze gehandeld hebben en bespreken hoe Merel daarop reageerde. Ze bepalen gezamenlijk de vervolgstrategie in overleg met Merel en haar moeder. Ook spreken ze af om een week later hun aanpak te evalueren en zo nodig iets te wijzigen. Door het bespreken delen ze elkaar zienswijzen en ontwikkelen ze een gemeenschappelijke taal en een gezamenlijk handelingskader.
Lees ook
-
Oplossingenlabs Zorg in Onderwijstijd
Oplossingenlabs Zorg in OnderwijstijdWetenWerkbijeenkomsten over de ondersteuning van kinderen met complexe zorg- en ondersteuningsvragen in het onderwijs.
-
Aan de slag met doelen en indicatoren
Aan de slag met doelen en indicatorenPublicatieProfessionalsOnderwijsDeze tool begeleidt je door de stappen die nodig zijn om de uitkomsten van een onderwijs-zorgarrangement te monitoren.
-
Hoe zet je een onderwijs-zorgarrangement op?
Hoe zet je een onderwijs-zorgarrangement op?ProfessionalsBeleidsmakersOnderwijsDoenEen onderwijs-zorgarrangement (oza) is een geïntegreerd aanbod van onderwijs- en zorgondersteuning. Hoe zet je een oza op?
