Jongeren helpen omgaan met obstakels voor een positief toekomstbeeld

Nadenken over de toekomst kan voor jongeren overweldigend voelen en veel stress geven. Ze krijgen te maken met veel keuzes tegelijk, rondom school, wonen, werk en relaties. Dit kan extra lastig zijn als ze obstakels ervaren, zoals stress, sociale ongelijkheid of negatieve ervaringen uit het verleden. Hoe kun jij als jeugdprofessional jongeren hierbij begeleiden?

Hulp bij obstakels

Wanneer je begrijpt welke obstakels jongeren kunnen ervaren bij het nadenken over de toekomst, kun je beter aansluiten bij hun behoeften. Hieronder staan verschillende veelvoorkomende obstakels met tips hoe hiermee om te gaan als professional.

Stress

Een groot aantal jongeren ervaart regelmatig stress. Jongeren die veel stress ervaren, hebben vaak weinig mentale ruimte om over hun toekomst na te denken. Doordat ze bezig zijn met huidige problemen en uitdagingen, kan het moeilijk zijn om een beeld te vormen van hoe de toekomst eruit zou kunnen zien. Stress kan ook leiden tot negatieve gedachten over de toekomst, waardoor jongeren geen toekomstplannen maken, of motivatie hebben om toekomstige doelen na te streven.

Wat kun je doen?

Leg jongeren uit dat stress normaal is en kan helpen om je meer te focussen en overgaan tot actie. Maar te veel stress kan verlammend werken. Probeer samen de oorzaken te bespreken en bied technieken aan om om te gaan met stressvolle situaties. Bijvoorbeeld door een time-out te nemen om tot zichzelf te komen, te sporten of ontspanningsoefeningen te doen.

Vraag jongeren hoe hun toekomst eruit zou zien als alles mogelijk zou zijn. Laat hen vervolgens vanuit dit toekomstbeeld bedenken wat haalbaar is. En welke stappen nodig zijn om dit realistische toekomstbeeld uit te laten komen. Daag jongeren uit om een breed toekomstbeeld te schetsen. Vraag bijvoorbeeld hoe ze hun vrije tijd in de toekomst zouden willen inrichten. En welke dromen ze hebben op andere gebieden, zoals hobby's, persoonlijke ontwikkeling, reizen of gezondheid. Ook kan het helpen om jongeren te vragen om een dag in de toekomst te schetsen.

Gebrek aan bestaanszekerheid

Bestaanszekerheid draagt bij aan een gevoel van veiligheid en stabiliteit. Je kunt hierbij denken aan een stabiele woonplek en voldoende inkomen. Doordat jongeren minder verantwoordelijkheden hebben dan volwassenen, zijn ze flexibeler. Ze kunnen daardoor vaak beter omgaan met onzekerheid. Maar als jongeren weinig bestaanszekerheid hebben en zich zorgen maken over hun basisbehoeften, is er weinig ruimte om met de toekomst bezig te zijn.

Wat kun je doen?

Onderzoek samen met de jongere waar het terecht kan voor hulp bij het verkrijgen van bestaanszekerheid. Zoals instanties die financiële steun bieden. Help om de beschikbare opties te begrijpen en begeleid bij het regelen van de hulp. 

Bekijk de pagina Jongeren ondersteunen bij hun Big 5 voor meer informatie hoe je jongeren kunt ondersteunen bij de leefdomeinen support, wonen, school en werk, inkomen en welzijn.

Gebrek aan sociale steun

Ondersteunende relaties met ouders, familie, docenten en vrienden zijn belangrijk voor het ontwikkelen van een positief toekomstperspectief. Jongeren die zich niet gesteund voelen hebben vaak minder zelfvertrouwen en het gevoel dat ze er alleen voor staan.

Wat kun je doen?

Breng met jongeren hun sociale netwerk in kaart. Moedig hen aan om relaties op te bouwen en te onderhouden. Ondersteun bij het ontwikkelen van sociale vaardigheden, als dat nodig is.

Weinig zelfvertrouwen

Zelfvertrouwen helpt jongeren om met uitdagingen om te gaan en doelen voor de toekomst na te streven. Jongeren met weinig zelfvertrouwen kunnen sneller ontmoedigd raken door tegenslagen, omdat ze niet geloven in hun eigen vermogen om uitdagingen te overwinnen.

Wat kun je doen?

Denk samen met jongeren na over hun sterke punten en talenten, en hoe ze deze verder kunnen ontwikkelen. Reageer positief op hun inspanningen en prestaties en laat merken dat je in hen gelooft. Help daarnaast bij het stellen van realistische doelen en begeleid hen stap voor stap met wat er nodig is om deze doelen te behalen. Leer jongeren ook dat tegenslagen horen bij het leven en dat je hier op een positieve manier mee om kunt gaan.

Wat mij heeft geholpen, was een goede docent die gelooft in wat je wilt bereiken en je stimuleert.

Sociale verwachtingen

Verwachtingen van de omgeving kunnen het moeilijk maken voor jongeren om hun eigen doelen en dromen na te streven. Ze kunnen het gevoel hebben dat ze moeten voldoen aan verwachtingen van ouders, leraren, of de maatschappij, zoals het kiezen van een bepaalde studie of carrière.

Wat kun je doen?

Help jongeren bij het ontdekken wat ze zelf willen en waar ze enthousiast van worden. Ondersteun hen bij het formuleren van hun eigen doelen en dromen en moedig hen aan hun eigen pad te volgen.

Sociale ongelijkheid en discriminatie

De omgeving kan de mogelijkheden beperken die jongeren voor hun toekomst zien. Zo kunnen jongeren ontmoedigd raken om bepaalde doelen na te streven door ongelijke kansen of discriminatie. Ook kunnen hierdoor keuzemogelijkheden beperkt zijn. 

Wat kun je doen?

Erken dat sociale ongelijkheid en discriminatie maatschappelijke problemen zijn. Help jongeren hiermee om te gaan door ze in contact te brengen met positieve rolmodellen. Dit kunnen mensen uit hun eigen omgeving zijn, met hetzelfde opleidingsniveau of dezelfde culturele achtergrond. Verhalen van anderen in een vergelijkbare situatie kunnen jongeren inspireren, vertrouwen in de toekomst geven en hun toekomstbeeld positief beïnvloeden.

Ik heb een docent die zelf ook mbo heeft gedaan. Dat geeft mij en andere klasgenoten een positief gevoel voor de toekomst, omdat hij ook mbo heeft gedaan en nu een redelijk goede baan heeft. Mbo-student

Ik heb een docent die zelf ook mbo heeft gedaan. Dat geeft mij en andere klasgenoten een positief gevoel voor de toekomst, omdat hij ook mbo heeft gedaan en nu een redelijk goede baan heeft.

Negatieve ervaringen uit het verleden

Negatieve ervaringen uit het verleden, zoals pesten of verwaarlozing, kunnen ervoor zorgen dat jongeren minder vertrouwen hebben in zichzelf en in anderen mensen. Dit soort ervaringen kunnen het moeilijk maken om een positief toekomstbeeld te ontwikkelen.

Wat kun je doen?

Help jongeren negatieve ervaringen te verwerken. Negatieve ervaringen kunnen ervoor zorgen dat ze ook negatieve verwachtingen hebben van nieuwe situaties. Help jongeren met het herkennen van dit soort gedachten en verwachtingen, en deze aan te passen. Help hen daarnaast met het opbouwen van positieve relaties.

Er zijn verschillenden initiatieven ontwikkeld om met name kwetsbare jongeren te begeleiden bij het ontwikkelen van een positief toekomstbeeld:

De inhoud van deze pagina is tot stand gekomen in samenwerking met Coriena de Heer van Universiteit Utrecht.

  • Johnson, S. R. L., Blum, R. W., & Cheng, T. L. (2014). Future orientation: A construct with implications for adolescent health and wellbeing. International Journal of Adolescent Medicine and Health, 26(4), 459–468. https://doi.org/10.1515/ijamh-2013-0333
  • Steinberg, L., Graham, S., O'Brien, L., Woolard, J., Cauffman, E., & Banich, M. (2009). Age differences in future orientation and delay discounting. Child Development, 80(1), 28–44. https://doi.org/10.1111/j.1467-8624.2008.01244.
  • Verdugo, L., & Sánchez-Sandoval, Y. (2020). Psychological and social adjustment as antecedents of high school students' future expectations. Journal of Psychologists and Counsellors in Schools, 1–15. https://doi.org/10.1017/jgc.2020.1
Martijn van Wietmarschen

Martijn van Wietmarschen

adviseur kwaliteit, beleid en monitoring
m.vanwietmarschen [at] nji.nl