Thriving Teens: werken aan mentaal welbevinden van jonge Amsterdamse tieners

Er is meer aandacht nodig voor het mentaal welbevinden van tieners. Veel initiatieven richten zich op oudere tieners, maar juist tussen 9 en 12 jaar wordt de basis gelegd voor een gezonde mentale ontwikkeling. Dit zagen ook onderzoekers van de Vrije Universiteit Amsterdam, GGD Amsterdam en het Amsterdam UMC. Samen startten zij het project Thriving Teens: een gebiedsgerichte systeemaanpak om het mentaal welbevinden van jonge tieners te verbeteren. 

Rol van de gemeente

De gemeente speelt een belangrijke rol bij het anders inrichten van de omgeving. Zij kan zorgen voor een sociale infrastructuur die het mogelijk maakt dat verschillende partijen zoals scholen, welzijnsorganisaties, sportverenigingen en jongerenwerk samenwerken. Zo kijken zij samen vanuit een breder systeem naar een opgave zoals mentale gezondheid. Dit stimuleert de samenwerking tussen deze partijen en zorgt ervoor dat er vooral wordt ingezet op veranderingen in het hele systeem, in plaats van losse acties gericht op het individu.

De kernvraag die hierbij steeds centraal staat is: hoe kunnen we de omgeving zo inrichten dat jonge tieners zich gesteund en begrepen voelen?

Aanpak: een systeemgerichte benadering

De komende vier jaar werkt het Thriving Teens-team aan het versterken van het mentaal welbevinden van jonge tieners binnen drie Amsterdamse gebieden: Gaasperdam, de Indische Buurt en Oud-Noord. In deze gebieden is het werken aan gelijke kansen op een goede gezondheid, met inzet op onder andere mentale gezondheid, een belangrijke taak binnen de sociale basis. Dit is ook vastgelegd in het plan 'Gebiedsgerichte Opgaven Sociaal 2025-2030', dat de komende zes jaar wordt gebruikt om alles aan te sturen.

Voor ieder gebied is er een kernteam gevormd dat de verandering aanstuurt. Elk kernteam bestaat uit:

  1. Een verbindingsfunctionaris van de GGD Amsterdam. Diens rol is het leggen van de verbinding tussen de afdeling Gezond Leven van de GGD en het stadsdeel, en het faciliteren in het toepassen van de systeemgerichte benadering.
  2. Een thema accounthouder gezondheid van het betreffende stadsdeel. Diens voornaamste rol in het kernteam is het adviseren, koppelen en enthousiasmeren van stadsdeel collega's en partners die in hetzelfde gebied werken aan de gezondheidsopgave.
  3. Een onderzoeker van de VU Amsterdam. Diens rol is het in kaart brengen van het systeem en het in de actiefase geven van advies gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek.

Het kernteam hanteert een systeemgerichte aanpak, waarbij het inzet op veranderingen in de leefomgeving van jongeren die het mentale welbevinden op een positieve manier kunnen beïnvloeden. Lokale betrokkenen worden samengebracht om te onderzoeken hoe het systeem werkt en waar de grootste kansen liggen voor verandering. Vervolgens maken zij afspraken over concrete acties en spreken ze af hoe ze hun samenwerking kunnen versterken om duurzame veranderingen te realiseren. Deze acties liggen niet alleen op lokaal niveau, maar ook op stedelijk of landelijk niveau.

Het systeem in beeld

In 2024 is de eerste stap gezet: het in kaart brengen van het 'systeem' rondom de tieners. Dit zijn allerlei factoren die invloed hebben op hun mentaal welbevinden. Deze systeemanalyse dient als basis voor het bepalen en ontwikkelen van lokale en gerichte actieplannen. Hiervoor werd een systeemkaart ontwikkeld, ofwel een 'Causal Loop Diagram', gebaseerd op literatuuronderzoek en gesprekken met tieners, ouders en professionals uit de drie Amsterdamse gebieden. Deze systeemkaart is een visueel diagram dat laat zien hoe verschillende factoren in het leven van jonge tieners in Amsterdam met elkaar samenhangen.

De literatuur laat zien welke factoren belangrijk zijn voor het welzijn van tieners en hoe deze met elkaar samenhangen. Door gesprekken met tieners, ouders en professionals ontstond er een beter beeld van hoe het in de praktijk werkt en waarom. Een belangrijk voorbeeld is dat het welzijn van tieners sterk wordt beïnvloed wanneer hun opvoeders geldzorgen hebben. Volgens promovendus Eline Meuleman zijn gesprekken met lokale betrokkenen belangrijk om te begrijpen wáár die geldzorgen dan weer vandaan komen. In dit geval hoorden de onderzoekers dat opvoeders de weg naar hulp vaak niet weten te vinden, zeker niet wanneer zij weinig mentale ruimte hebben door bijvoorbeeld stress.

Het sociale voorzieningenlandschap is erg gefragmenteerd. Dat biedt aanknopingspunten voor verandering.

Een CLD, ofwel een systeemkaart, is een hulpmiddel om beter te begrijpen wat de onderliggende oorzaken zijn van een opgave zoals mentale gezondheid. Het laat zien hoe verschillende onderdelen van het systeem met elkaar samenhangen. Denk aan sociaaleconomische omstandigheden, sociale infrastructuur, beleid, cultuur en gedrag.

Als je die samenhang begrijpt, kun je gerichter nadenken over oplossingen voor de problemen die bij zo'n complexe opgave bestaan. We zien vaak alleen de directe symptomen of problemen. Daaronder liggen de structuren en patronen die het systeem aandrijven. Juist die onderste lagen aanpakken zorgt voor duurzame verandering.

Een systeemkaart laat zien welke factoren en verbindingen het systeem sturen. Die factoren en verbanden beïnvloeden elkaar en vormen oorzaak-gevolgrelaties. De pijlen in de kaart laten zien hoe de ene factor de andere beïnvloedt. Een verbinding kan versterkend zijn, ofwel positief, of juist verzwakkend, negatief.

Elf thema's die het welbevinden beïnvloeden

Uit de systeemkaart kwamen elf thema's naar voren die invloed hebben op het welzijn van jonge tieners. Zoals de toenemende druk die jongeren ervaren vanuit leeftijdsgenoten, scholen, ouders en sociale media, het zoeken naar hun eigen identiteit, uitdagingen waarmee ouders geconfronteerd worden, en de mate van binding met de wijk. Ook veiligheid en zekerheid, het gevoel verdwaald te raken in het systeem, het belang van gezonde gewoonten, de constante aanwezigheid van de online wereld, het bespreekbaar maken van mentale gezondheid, steunende relaties en onderwijs op maat spelen allemaal een rol.

De noodzaak van een geïntegreerde aanpak

De systeemkaart laat zien wat de onderliggende oorzaken zijn van ogenschijnlijke problemen. Veel van deze onderliggende oorzaken liggen buiten de macht van tieners en ouders. Bijvoorbeeld: hoewel zelfbeheersing helpt bij het omgaan met schermtijd, maken technologiebedrijven apps en platforms verslavend om meer winst te maken. Ook is buiten spelen goed voor slaap en concentratie, maar als een buurt geen veilige speelplekken heeft, wordt buitenspelen minder aantrekkelijk of zelfs gevaarlijk.

Deze bevindingen tonen aan dat er geen simpele oorzaak of oplossing is voor het afnemende mentale welbevinden van jonge tieners.

6 stappen voor een succesvolle systeemaanpak

Om het mentale welbevinden van jonge tieners te verbeteren met een systeemaanpak, zijn volgens Eline Meuleman zes stappen nodig:

1. Systeem in kaart brengen en gebiedsspecifiek maken

Het systeem in kaart brengen en gebiedsspecifiek maken doe je door in gesprek te gaan met bewoners en professionals. Dit is de eerste stap, maar verandert op zichzelf nog niets. Voor echte verandering is een gerichter proces vereist, met duidelijke vervolgstappen.

2. Prioriteren van thema's

De belangrijkste thema's uit de systeemkaart per gebied moeten worden geselecteerd. Welke thema's hebben de grootste impact op de tieners in dit gebied en moeten worden aangepakt?

3. Cocreatie van acties

Samen met de betrokken partijen worden acties bepaald die gericht zijn op verbetering.

4. Implementatie en evaluatie

Acties worden uitgevoerd en geëvalueerd om de voortgang te meten.

5. Stappenplan voor gemeenten

Er zal een stappenplan voor gemeenten worden ontwikkeld voor de systeemaanpak van het welbevinden.

6. Kenniswerkplaats opzetten

Op een kenniswerkplaats kunnen gemeenten van elkaar leren, ervaringen delen, nieuwe ideeën opdoen, en samen oplossingen bedenken voor het verbeteren van het mentale welbevinden van jonge tieners.

Wil je ook aan de slag met het verbeteren van het mentale welbevinden van jonge tieners in jouw gemeente? Neem dan contact op met promovendus Eline Meuleman (e.m.meuleman [at] vu.nl (e[dot]m[dot]meuleman[at]vu[dot]nl)) voor meer informatie en samenwerking.

  • Solmi, M., J. Radua, M. Olivola, E. Croce, L. Soardo, G. Salazar de Pablo, J. Il Shin, J.B. Kirkbride, P. Jones, J.H. Kim, J.Y. Kim, A.F. Carvalho, M.V. Seeman, C.U. Correl en P. Fusar-Poli (2022). Age at onset of mental disorders worldwide: Large-scale meta-analysis of 192 epidemiological studies. Molecular Psychiatry, jaargang 27, nummer 1, p. 281-295.
  • Stevens, G., M. Rombouts, M. Maes, A. Zondervan, S. van Dorsselaer, F. Schouten en T. Scheffers-van Schayck (2023). Jong na corona: Welzijn van jongeren tussen 2017 en 2022 en inzet van NP Onderwijsmiddelen door scholen. Universiteit Utrecht.
Martijn van Wietmarschen

Martijn van Wietmarschen

senior inhoudsdeskundige Kwaliteit, beleid en monitoring
m.vanwietmarschen [at] nji.nl