Tips van jongeren voor begeleiding bij uithuisplaatsing

Voor kinderen, jongeren en hun ouders is een uithuisplaatsing een ingrijpende gebeurtenis. We vroegen jongeren die ergens anders moesten wonen om tips voor de begeleiding voor, tijdens en na de uithuisplaatsing. Waar kun je als professional rekening mee houden?

Begeleiding vóór de uithuisplaatsing 


Ervaringsdeskundige jongeren zeggen dat je hen helpt voor de uithuisplaatsing door het volgende te doen:

  • Wees betrouwbaar: zeg wat je doet en doe wat je zegt.
  • Zorg dat je duidelijk, consequent en daadkrachtig bent: voorkom onzekerheid en stress door er niet omheen te draaien. Geef concrete informatie en stel beslissingen niet onnodig lang uit.
  • Luister naar kinderen en ouders. Geef ze de ruimte om hun eigen verhaal te vertellen.
  • Zorg dat kinderen en jongeren zich veilig voelen om eerlijk hun verhaal te vertellen, zonder angst voor mogelijke vervolgstappen. Ga bijvoorbeeld een keer in gesprek met hen waar hun ouders niet bij zijn.
  • Wees direct, open en eerlijk over mogelijke vervolgstappen die je wilt zetten.
  • Zorg dat je genoeg weet over het hulpaanbod voor zowel kinderen, ouders als het hele gezin, waarmee een uithuisplaatsing misschien te voorkomen is.
  • Kies een positieve benadering: kijk ook naar wat er wél goed gaat met het kind of de jongere en in het gezin.

Begeleiding tijdens de uithuisplaatsing

Jongeren geven aan dat ze op deze manieren het best geholpen zijn:

  • Let op een goede match met een plek zodat een kind of jongere niet hoeft te worden overgeplaatst.
  • Overleg met kinderen of jongeren over de mogelijkheden waar zij naar toe kunnen gaan. Geef ze een stem.
  • Vertel kinderen of de jongeren alles over de plek waar zij gaan wonen.
  • Geef kinderen of de jongeren de tijd en de ruimte om spullen te pakken en afscheid te nemen van hun huis, familie en bijvoorbeeld huisdieren.

Begeleiding na de uithuisplaatsing

Na de uithuisplaatsing is het volgende belangrijk voor kinderen en jongeren:

  • het behouden van de positieve dingen in het leven, zoals school, vrienden, sportclub of bijbaantje.
  • een toekomstplan om te werken aan de Big 5, de vijf pijlers van zelfstandigheid: wonen, school en werk, financiële voorbereiding, hulp en netwerk, en een volwassene om op terug te vallen.
  • goede afspraken over de omgang met ouders, broers, zussen en vrienden: hoe vaak, waar, en wanneer ze elkaar kunnen zien.
  • de behoefte om het eigen gezin te beschermen en ervoor te zorgen is niet opeens weg als kinderen of jongeren uit huis geplaatst zijn. Vraag hen daarom wat zij nodig hebben om zich geen of minder zorgen te maken.
  • een aanpak van alle problemen die spelen te verminderen of op te lossen, zowel bij het kind of de jongere als in het gezin. Dus denk niet dat alles is opgelost met de uithuisplaatsing.
Foto Suzanne Bakker

Suzanne Bakker

medewerker inhoud