Gedeeld opvoederschap van ouders en pleegouders

Kinderen kunnen het beste bij hun ouders opgroeien. Maar soms gaat het thuis niet goed en hebben ouders hulp nodig bij het opvoeden. Pleegouders kunnen dan tijdelijk de dagelijkse opvoeding van een kind op zich nemen. Door gedeeld opvoederschap met pleegouders houden ouders een belangrijke rol in het leven van hun kind. Dat is goed voor het kind en het pleeggezin. 

Wat is gedeeld opvoederschap?

Gedeeld opvoederschap houdt in dat ouders en pleegouders samenwerken in de opvoeding als een kind niet thuis opgroeit. Het doel is dat ouders altijd een belangrijke rol in het leven van hun kinderen spelen, of ze thuis wonen of niet. Voor kinderen is het goed als hun ouders tevreden zijn met hun pleegouders. En voor ouders is het belangrijk om op een positieve manier bij hun kind betrokken te blijven. Zowel de pleegouders als ouders moeten hiervoor accepteren dat het kind opgroeit in twee families. Ook moeten pleegouders inzien dat de pleegkinderen altijd verbonden zijn aan hun ouders en andere familieleden.

Waarom is gedeeld opvoederschap belangrijk?

Het is fijn als pleegkinderen zich goed voelen in het pleeggezin. Door gedeeld opvoederschap kan de plaatsing in het pleeggezin beter verlopen. Zo blijkt dat pleegkinderen onbedoeld eerder weg moeten uit het pleeggezin als ouders en pleegouders onderling problemen hebben omdat ze niet goed kunnen samenwerken. Een goede samenwerking zorgt juist voor continuïteit van een pleegzorgplaatsing. Bovendien is het goed voor de onderlinge band tussen ouders en kinderen en maakt het de voorbereiding op een terugkeer naar huis makkelijker. 

Wat is er nodig voor gedeeld opvoederschap?

Gedeeld opvoederschap gaat uit dat ouders en pleegouders gelijkwaardig zijn. Dat betekent dat ze elkaar serieus nemen en elkaars rol accepteren. Zo kan de pleegouder de ouder om advies of hulp vragen bij de opvoeding van het kind. Bijvoorbeeld over wat bij hun kind voor stress zorgt en wat de pleegouders dan het beste kunnen doen. Maar ook wat belangrijke feestdagen voor hen zijn en of ze met andere dingen rekening moeten houden. Voor de ouders helpt als de pleegouders inzien dat zij verdriet hebben door de situatie. Dit zorgt vaak voor een betere samenwerking. Het is daarom belangrijk dat ouders en pleegouders elkaar van tevoren leren kennen en weten wat elkaars wensen zijn. Ook moet de onderlinge rolverdeling voor iedereen duidelijk zijn.

Waarom krijgt gedeeld opvoederschap nu meer aandacht?   

Vroeger was er bijna geen samenwerking met de ouders van uit huis geplaatste kinderen. Het idee was dat het beter was als kinderen de eerste tijd na een plaatsing in een pleeggezin geen contact hadden met hun ouders. Daardoor zouden ze zich beter hechten aan hun pleegouders. Ook na die beginperiode was er weinig contact tussen ouders en hun kind. De pleegzorg nam de opvoeding over en ouders speelden daarin nauwelijks meer een rol.  

Door de vernieuwing van de pleegzorg tussen 2005 en 2015 veranderde deze kijk. Het is nu juist belangrijk dat ouders een unieke rol hebben. Ook na een uithuisplaatsing blijven zij namelijk de ouders van hun kind. Daarom is de hulp aan ouders van uit huis geplaatste kinderen steeds belangrijker geworden. Het doel van die hulp is dat het kind weer terug naar huis kan, als dat kan. Door ouders te leren hoe ze hun kind goed kunnen opvoeden, kunnen zij beter met teleurstellingen omgaan en zorgen dat de opvoeding stabiel is.

Wat werkt voor gedeeld opvoederschap?

De Christelijke Hogeschool Ede heeft in 2019 onderzocht wat werkt bij samenwerking tussen pleegouders en ouders. Het is belangrijk dat de professional die de pleegouders en ouders begeleidt hierop let:

  • Houd bij het kiezen voor een pleeggezin rekening met de wensen en behoeften van ouders en hun kinderen.
  • Zorg dat ouders na een uithuisplaatsing verliesbegeleiding krijgen.
  • Coach pleegouders in hun houding tegenover de ouders van het pleegkind.
  • Maak heldere afspraken over de samenwerking en het contact aan het begin van de plaatsing in het pleeggezin, met ruimte om te praten over elkaars verwachtingen en behoeftes.

Een route naar gedeeld opvoederschap

Verder onderzocht de Christelijke Hogeschool Ede in 2020 hoe ouders en gezinshuizen tot een prettige en geschikte samenwerking kunnen komen. Het onderzoek leverde een model op dat gaat over het opbouwen van een duurzame relatie: de zogeheten 'relationele route'. Volgens die route heeft de ouder vanaf het moment van uithuisplaatsing tot wanneer het kind weer weggaat uit het gezin een plek in de opvoeding van het kind.

Ouders en gezinshuisouders krijgen begeleiding bij de opvoeding en het samenwerken. Het model van de relationele route is ontwikkeld voor gezinshuisouders, maar kan ook gebruikt worden om de samenwerking tussen ouders en pleegouders te versterken.

De Christelijke Hogeschool Ede traint pleegzorgteams in de visie en de vaardigheden van het gedeeld opvoederschap.

Foto Hoda Yamani

Hoda Yamani

medewerker inhoud