Kabinet wil einde aan JeugdzorgPlus

Het kabinet wil JeugdzorgPlus geheel vervangen door kleinschalige, open voorzieningen. Tegelijkertijd wil het vrijheidsbeperkende maatregelen mogelijk maken in die open voorzieningen. Dat schrijft staatssecretaris Maarten van Ooijen (VWS) in een brief aan de Tweede Kamer.

Jongeren met ernstige gedragsproblemen voor wie geen passende hulp beschikbaar is, komen vaak terecht in JeugdzorgPlus, een vorm van gesloten jeugdhulp. JeugdzorgPlus slaagt er echter vaak niet in om hen de bescherming, de behandeling en het onderwijs te bieden die ze nodig hebben. Ook krijgen jongeren in JeugdzorgPlus veel te maken met dwangmaatregelen. Jeugdhulpinstellingen zijn al enkele jaren bezig met de ombouw van JeugdzorgPlus naar kleinschalige voorzieningen die meer maatwerk kunnen bieden.

Betere alternatieven

Van Ooijen wil nu stapsgewijs het aantal gesloten plaatsingen terugdringen tot nul in 2030 en investeren in betere alternatieven, zoals intensieve ambulante gezinsinterventies en kleinschalige woonvoorzieningen. In zo'n kleinschalige voorziening wonen vier tot zes jongeren in een huis, met een klein team van vaste begeleiders. Ze blijven in hun eigen regio, doen mee aan het gewone leven in de wijk en gaan naar hun eigen school of naar een school in de buurt van de voorziening.

Van Ooijen denkt dat sommige jongeren in een open voorziening toch nog tijdelijk vrijheidsbeperkende maatregelen nodig hebben. Die maatregelen zijn daar nu verboden. De staatssecretaris wil de wetgeving daarop aanpassen.

Ambitieuzer doel

Els Mourits van het NJi is blij met het concrete voornemen om te stoppen met JeugdzorgPlus, maar vindt het geplande tempo te laag. 'Instellingen zijn hier al een paar jaar mee bezig, dus de staatssecretaris mag het doel best ambitieuzer stellen. Waarom niet mikken op 2025?'

Vrijheidsbeperkende maatregelen

Minder blij is Mourits met het idee om vrijheidsbeperkende maatregelen mogelijk te maken in open kleinschalige voorzieningen. 'De repressie in de gesloten jeugdzorg is een van de redenen voor deze ombouw. Jongeren zeggen juist dat ze behoefte hebben aan meer autonomie en individuele afspraken.  Ik ben bang dat we straks de repressie meenemen naar de kleinschalige voorzieningen.'

Pedagogisch handelen

Professionals in het leernetwerk kleinschalig verblijf zijn met elkaar in gesprek over de grens tussen pedagogisch handelen en vrijheidsbeperkende maatregelen, vertelt Mourits. 'Als ouders kijk je ook mee met sociale media en stuur je kinderen soms naar hun kamer, zeggen zij. Ik denk dat de oplossing is dat je met jongeren individueel afspraken maakt die nodig zijn voor hun bescherming en ontwikkeling. 'Wat vind je ervan als je je telefoon inlevert als je naar bed gaat, zodat je beter slaapt?' Maak geen regels voor de hele groep. Sommige jongeren vallen met een muziekje of verhaaltje lekker in slaap, dat moet kunnen.'

Bescherming

Dat geldt wat Mourits betreft ook voor jongeren die bescherming nodig hebben tegen een loverboy. 'Door een kind op te sluiten houd je wel de loverboy weg, maar help je het meisje niet om zich los te maken van dat contact. Dat betekent dat ouders en professionals moeten kunnen verdragen dat het meisje wegloopt. Dat vraagt een andere manier van werken. En vooral vraagt het om voldoende en goed opgeleid personeel.'

Bron: Ministerie van VWS

Bericht ministerie van VWSKamerbrief Van Ooijen

Lees ook