Angst in de verschillende ontwikkelingsfasen

Angsten bij kinderen hoort bij een normale ontwikkeling. Door angsten te ervaren leren kinderen te leven met het gegeven dat ze bang kunnen zijn. In de loop der tijd leren zij de angsten op waarde te schatten waardoor zij het ontgroeien. Iedere ontwikkelingsfase wordt gekenmerkt door zijn eigen angsten.

Angst bij baby's

De vroegste uiting van een angst treedt op in het geboortekanaal, wanneer een baby wordt uitgedreven door de weeën. Baby's ervaren een angst voor harde geluiden, snelle bewegingen en lichtflitsen. Daarnaast zijn er angstreacties zichtbaar bij verlies aan steun, bij vallen en pijn. Deze angsten nemen in de loop der tijd allemaal langzaam af.

Peuter: niet alles in de hand hebben

In het tweede levensjaar krijgen kinderen het besef dat ze controle kunnen uitoefenen op verschillende situaties. Dit brengt nieuwe angsten met zich mee. Zo ontstaat in deze fase bijvoorbeeld de angst voor natuurverschijnselen, watervrees en angst voor vreemde dieren. Deze angsten hebben te maken met het gevoel dat ze niet alles in de hand hebben. Vanaf het tweede levensjaar ontstaat er een vorm van angst die samenhangt met een toenemende zelfstandigheid van het kind. Veel voorkomende angsten zijn scheidings- en verlatingsangst. Deze scheidings- of verlatingsangst laat zien dat kinderen zich aan het hechten zijn (De Jong 2009). Voorbeelden van angsten zijn 's nachts huilend wakker worden, angst voor vreemden en angst voor het donker. Een andere oorzaak van angst in deze fase ontstaat doordat hun begrip over hun omgeving tekort schiet. Doordat kinderen op dat moment bijvoorbeeld nog weinig zicht hebben op verhoudingen, kan er angst ontstaan om bijvoorbeeld door het doucheputje gespoeld te worden.

Kleuter: angst voor wat zou kunnen gebeuren

Op vierjarige leeftijd kunnen kinderen zichzelf als een losstaand persoon ten opzichte van anderen beschouwen. Hiermee ontstaat een gevoel van kwetsbaarheid doordat zij het vermogen ontwikkelen om een voorstelling te maken van wat eventueel zou kúnnen gebeuren. Kinderen kunnen in deze fase bang worden van hun eigen fantasieën. Kleuters hebben vage angsten waar zij de oorzaak niet van weten. Om deze angsten te kunnen verklaren fantaseren kinderen over enge figuren die hen bang maken om een naam te geven aan de lichamelijke spanningen waar zij geen oorzaak van weten.

Schoolleeftijd: tobben

Aan het eind van de kleuterperiode neemt het realiteitsbesef toe waardoor een kind oog krijgt voor de werkelijkheid. Hiermee ontstaat er een angst voor de complexe werkelijkheid wat een gevoel van onzekerheid in de hand werkt. Voorbeelden van angsten in deze periode zijn slapeloosheid en nachtmerries. Daarnaast kunnen kinderen regeltjes voor zichzelf bedenken om angst en gevaar te voorkomen. In de schoolleeftijd beginnen kinderen steeds meer te denken aan 'stel je nu eens voor dat…'. Het zijn geen concrete angstbronnen maar meer zaken waar kinderen over tobben. Dit tobben kan een vorm van sociale angst zijn. Ook pubers en adolescenten hebben te maken met deze vorm van angst.

Pubers en adolescenten: sociale omgeving belangrijker

De angsten die pubers ervaren hebben ook te maken met sociale contacten, het presteren op school en het uiterlijk. Dit is gerelateerd aan het nadenken over hoe zij op anderen overkomen. Verder houden zij zich bezig met de eigenheid van het leven. Hierdoor kunnen zij zich zorgen maken over onderlinge verhoudingen tussen bijvoorbeeld hun ouders, maar ook rond hun eigen gezondheid. Adolescenten houden zich meer bezig met acceptatie binnen de vriendenkring en zijn bang voor afwijzing in sociale contacten. Zorgen en stress die zij ervaren hebben te maken met hun levensloop , zoals studie- en beroepskeuze, studieresultaten en het verlaten van het ouderlijk huis.

  • Jong, de., W. (2009). 'Angst en depressie: over angsten, depressies en aanverwante problematiek bij kinderen en jongeren'. PICA.
  • Kohnstamm, R. (2009). 'Kleine ontwikkelingspsychologie: het jonge kind'. Bohn Stafleu van Loghum.
Foto Neeltje van den Bedem

Neeltje van den Bedem

senior medewerker inhoud