Leerlingenparticipatie in speciaal onderwijs: zo doet Kiem dat

Op Kiem, een school voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs, is leerlingenparticipatie een belangrijk onderwerp. De stem van elke leerling telt. 'Er wordt niet óver maar mét onze leerlingen gepraat', vertelt leerkracht Lianne. Directeur Hans benadrukt dat leerlingen, waar mogelijk, zelf keuzes moeten kunnen maken over hun leren, ideeën en het dagelijks leven op school.

Sommige kinderen denken abstract mee, anderen richten zich op praktische zaken.

De Kiem deed een jaar lang mee aan een pilot vanuit het NJi om meer te leren over leerlingparticipatie in het basisonderwijs. In die periode is er veel veranderd op de school.

Iedere stem telt

'Zelfredzaamheid is een kernwaarde in ons beleid', licht Hans toe. 'Dat gaat verder dan zelfstandig je jas aandoen. Het betekent ook dat kinderen durven en mogen zeggen wat ze vinden en nodig hebben.'

De school had al een leerlingenraad, maar die bestond uit een kleine groep leerlingen en één leerkracht, zonder sterke verbinding met de rest van de school. 'We vroegen ons af: hoe weten jullie wat andere kinderen willen zeggen of vragen? Jullie zijn de stem van de school. Maar dat wisten ze niet zo goed', vertelt Hans.

Tijdens de pilot brainstormde de leerlingenraad over hoe ze écht alle leerlingen konden vertegenwoordigen. Dit leidde tot twee concrete ideeën: een ideeënbus in de hal waarin alle leerlingen hun wensen en opmerkingen kunnen achterlaten, en na elke vergadering korte filmpjes maken waarin ze terugkoppelen wat er met de ideeën is gedaan.

Door zichtbaar te maken wat er met de ideeën gebeurt, ook als er niets mee gedaan wordt, voelen leerlingen zich gehoord en groeit het besef dat hun stem telt.

Gehoord en gezien

Deze nieuwe ideeën bleken in de praktijk goed te werken. Ze zorgen ervoor dat álle leerlingen makkelijker kunnen meedenken en dat hun inbreng zichtbaar wordt. Lianne: 'Veel leerlingen willen best bijdragen, maar als ze niet zien wat ermee gebeurt, denken ze: 'wat heeft het voor zin?' Door zichtbaar te maken wat er met de ideeën gebeurt, ook als er niets mee gedaan wordt, voelen leerlingen zich gehoord en groeit het besef dat hun stem telt.'

Ook onderwerpen die niet direct voor de raad bedoeld zijn, zoals meldingen van pesten, pakken ze serieus op. De raad bespreekt dit met leerkrachten, zodat er actie volgt.

Diversiteit binnen de leerlingenraad

De onderwerpen binnen de leerlingenraad lopen uiteen: van het verwijderen van kleuter-wc's op de bovenbouw tot gesprekken over schoolveiligheid. 'Het hangt af van wie er in de leerlingenraad zit. Sommige kinderen denken abstract mee, anderen richten zich op praktische zaken. Beide is waardevol', zegt Hans.

Er wordt op gelet dat verschillende kinderen meedoen, elk op hun eigen niveau. Hans: 'Wij kunnen denken: we kiezen weer die kinderen die wat abstracter kunnen meedenken. Maar het is ook goed voor andere kinderen om op hun niveau mee te denken over wat zij belangrijk vinden. Zo leert elk kind dat hun inbreng telt.'

Van idee naar actie

De pilot rond leerlingenparticipatie heeft op Kiem veel in beweging gezet. 'Het is niet langer iets dat losstaat, maar echt onderdeel van de school', legt Lianne uit.

'Een mooi voorbeeld is het stoepkrijten. Eerst konden kinderen in een rolstoel daar moeilijk aan meedoen, omdat ze niet bij de krijttekeningen op de grond konden', vervolgt Lianne. 'De leerlingen kwamen met het idee om borden aan de hekken te hangen, zodat ook zij konden meedoen. Dat is nu geregeld, en de kinderen zien dat hun idee echt verschil maakt.'

Ook kwamen de kinderen met een initiatief voor een toegankelijke draaimolen. 'Er was geld over van een sponsorloop en de leerlingen wilden een speeltoestel', vertelt Hans. 'Ze hebben toen gezocht naar iets waar ook kinderen in een rolstoel in kunnen.'

Hoe beter wij het organiseren, hoe meer ruimte kinderen voelen om mee te doen.

Koppeling met burgerschapsonderwijs

De school wil ook dat leerlingparticipatie een vast onderdeel wordt van het burgerschapsonderwijs in de lessen. 'Daarvoor is een werkgroep van leerkrachten gestart', vertelt Lianne. 'Die groep onderzoekt wat er nu al gebeurt én waar nog kansen liggen om leerlingen meer invloed te geven in de klas.' De werkgroep wil daarin nauw samenwerken met de leerlingenraad.

Die samenwerking vindt Hans belangrijk. Hij merkt dat leerlingparticipatie op veel plekken op school al goed zichtbaar is, maar in de klas vaak afhangt van de leerkracht. 'Soms stellen kinderen samen de klassenregels op, soms bepaalt de leerkracht alles. Dat verschil is groot. Kinderen reageren op de context die wij creëren. Hoe beter wij het organiseren, hoe meer ruimte kinderen voelen om mee te doen.'

Ondersteuning van leraren

De werkgroep onderzoekt daarom hoe leerkrachten ondersteund kunnen worden. Lianne: 'Het begint met bewustwording. Wat is leerlingparticipatie precies? Hoe geef je kinderen in de klas een stem? Niet elke leerkracht pakt leerlingparticipatie even natuurlijk op.'

Volgens Lianne ligt dat deels aan een bredere ontwikkeling in het onderwijs. 'De visie op onderwijs is de afgelopen jaren echt verschoven. Oorspronkelijk was de leraar gewoon de baas, maar nu zien we steeds meer dat kinderen ook iets te zeggen hebben.' Hans vult aan: 'De ruimte die je als leerkracht voelt om leerlingen een stem te geven, hangt ook samen met de pedagogische grondhouding van de school.'

Als ik zelf geen tegenspraak duld, waarom zouden leerkrachten dan wél openstaan voor de stem van leerlingen? Je moet laten zien dat die ruimte er is.

Niet alleen denken, maar doen

Tijdens de pilot werd Lianne zich steeds bewuster van haar rol in leerlingparticipatie. Ze benadrukt dat het gaat om doen: tijd maken, ruimte geven en écht luisteren. 'Inmiddels merk ik dat leerlingen steeds vaker met ons in gesprek willen. Eerst stak niemand zijn vinger op als we vroegen wie even wilde meepraten, nu gaan alle vingers omhoog.'

Hans ziet als schoolleider hoe belangrijk het is dat ook hij het goede voorbeeld geeft. 'Als ik zelf geen tegenspraak duld, waarom zouden leerkrachten dan wél openstaan voor de stem van leerlingen? Je moet laten zien dat die ruimte er is.'

Vijf tips

1. Begin klein

Wacht niet op het perfecte moment of het ideale plan, maar begin gewoon. Je hoeft niet meteen alles anders te doen of het groots aan te pakken. Een ideeënbus of klassengesprek is al een mooi begin.

2. Geef ieder kind een stem

Betrek ook leerlingen die minder snel vooraan staan of hulp nodig hebben om hun mening te delen.

3. Bespreek elk idee

Luister naar elk idee en bespreek het, ook als je er uiteindelijk niets mee kunt. Door serieus te nemen wat kinderen inbrengen, bouw je aan vertrouwen. Dat is een belangrijke basis voor echte leerlingenparticipatie.

4. Maak het zichtbaar

Laat leerlingen merken wat hun inbreng oplevert, bijvoorbeeld via een kort filmpje.

5. Reflecteer samen

Praat in je team over wat wel en niet werkt. Zo versterk je elkaar én je pedagogische houding.