Cijfers over pleeggezinnen

Laatste actualisatie
Doelgroep
Professionals
Beleidsmakers

Aantal pleegkinderen

In 2024 verbleven 19.918 kinderen en jongeren in een pleeggezin. Dat is een afname van bijna 500 kinderen in vergelijking met 2023. Het betreft het aantal unieke pleegkinderen dat voor kortere of langere tijd in een pleeggezin heeft gewoond. Sinds 2019 daalt geleidelijk het aantal kinderen en jongeren in de pleegzorg. In 2019 ging het om 23.272 kinderen en jongeren die voor korte of langere tijd bij een pleeggezin woonde.

Van alle kinderen en jongeren die in 2024 de pleegzorg hebben verlaten, woonde 56 procent langer dan een jaar bij pleegouders. 42 procent daarvan heeft langer dan 2 jaar in een pleeggezin gewoond.  

In 2024 waren er 14.713 pleeggezinnen. Dat zijn er bijna 500 minder dan in 2023. Toen waren er 15.197 pleeggezinnen. In 2024 zijn 3.020 pleegouders gestopt en zijn er 1.752 nieuwe pleegouders  (Pleegzorg Nederland, 2025).

Jeugdbescherming en vrijwillige hulpverlening

Bij 52 procent van de pleegkinderen is in 2024 sprake van een jeugdbeschermingsmaatregel. Dat betekent dat het kind met een machtiging van de kinderrechter uit huis is geplaatst. Voor 19 procent van deze kinderen is sprake van een Onder Toezicht Stelling (OTS) en voor 33 procent van de pleegkinderen ligt de voogdij bij een gecertificeerde instelling. Bij 14 procent van de pleegkinderen is sprake van pleegoudervoogdij.

33 procent van de kinderen verblijft bij een pleeggezin zonder jeugdbeschermingsmaatregel en valt daarmee binnen de vrijwillige hulpverlening (Pleegzorg Nederland, 2025).

Pleegzorg voor korte of langere tijd

Pleegzorg is in principe tijdelijk en kan ook voor een langere tijd. Van alle kinderen die in 2023 de pleegzorg verlieten, woonde 56 procent langer dan een jaar bij een pleeggezin. Daarvan woonde 42 procent langer dan twee jaar in een pleeggezin. Een jaar eerder ging het om respectievelijk 63 procent en 49 procent. Het aantal kinderen dat korter dan een jaar in een pleeggezin woonde is gestegen van 37 procent in 2023 naar 44 procent in 2024.

Van de nieuwe plaatsingen was in 2024 22 procent deeltijdpleegzorg, vooral weekend- en vakantieopvang. Ten opzichte van 2023 is dat een stijging. Toen zat 18 procent van de kinderen in deeltijdpleegzorg.

De meeste plaatsingen, 71 procent, betroffen ook in 2024 voltijdpleegzorg. Een jaar eerder ging het om 77 procent. In 7 procent van de gevallen ging het om een combinatie van deeltijd- en voltijdpleegzorg.

Leeftijd van pleegkinderen

Van de kinderen en jongeren die in een pleeggezin zijn geplaatst zijn de meeste kinderen tussen de 5 en 11 jaar. De verdeling pleegkinderen per leeftijdscategorie is, met uitzondering van 18-plussers, jarenlang min of meer hetzelfde. Sinds 1 juli 2018 is het mogelijk voor pleegkinderen om tot hun 21ste in een pleeggezin te blijven, tenzij zij zelf aangeven dit niet meer te willen (Pleegzorg Nederland, 2025).

In 2024 is de verdeling over de verschillende leeftijdsgroepen als volgt:

LeeftijdKinderen en jongeren in 2024
bij pleeggezin geplaatst
Alle pleegkinderen op 31-12-2024
in pleeggezin
0 - 4 jaar28 procent11 procent
5 - 11 jaar36 procent33 procent
12-14 jaar15 procent19 procent
15-17 jaar17 procent20 procent
18 jaar en ouder4 procent17 procent

Definitie

Een pleeggezin neemt voor korte of langere tijd een kind op in het gezin dat niet thuis kan wonen. De pleegouders in het pleeggezin worden hierbij begeleid door een pleegzorgaanbieder. De ouders van het kind worden betrokken bij de hulpverlening. Pleegzorg is een vorm van jeugdhulp die onder de Jeugdwet en daarmee onder de verantwoordelijkheid van de gemeenten valt.

Deniz Ince

Drs. Deniz Ince

inhoudsdeskundige Opgroeien en opvoeden
d.ince [at] nji.nl