Wat is kansenongelijkheid?
Kansenongelijkheid is een ingewikkeld probleem dat door veel verschillende dingen wordt veroorzaakt. Bijvoorbeeld door de omgeving waarin kinderen opgroeien, sociale uitsluiting en de manier waarop voorzieningen in Nederland geregeld zijn. Wat is kansenongelijkheid? En wat zijn de oorzaken?
Kansenongelijkheid: wat is dat?
De wereld is niet voor iedereen gelijk. Niet alle kinderen krijgen dezelfde kansen. Soms hebben kinderen minder kansen door waar ze wonen, wie ze zijn of hoeveel geld hun ouders hebben. Daardoor kunnen ze zich soms minder goed ontwikkelen dan anderen kinderen. Kansengelijkheid betekent dus dat alle kinderen, ongeacht hun omgeving of achtergrond, dezelfde kansen krijgen om zich te ontwikkelen en mee te doen in de samenleving.
Kansenongelijkheid en de omgeving van het kind
Alle kinderen starten hun leven vanuit een bepaalde uitgangspositie. De omgeving waarin kinderen opgroeien, speelt een grote rol in de kansen die ze krijgen. Om zich goed te kunnen ontwikkelen hebben kinderen bepaalde middelen en bronnen nodig. Of zij dat hebben, hangt onder andere af van de sociaaleconomische positie van het gezin, hun culturele achtergrond en hun woonplek. Als de situatie waarin een kind opgroeit minder goed is, krijgt het vaak minder kansen. Bijvoorbeeld: als ouders door geldproblemen veel stress ervaren waardoor zij hun kind minder goed kunnen ondersteunen op emotioneel gebied. Of als een kind thuis geen rustige plek heeft om huiswerk te maken.
Gelijke kansen en de invloed van sociaal, economisch en cultureel kapitaal
Sociale uitsluiting
De kansen die kinderen en jongeren krijgen, worden kleiner doordat sommige groepen in Nederland structureel worden benadeeld. Bijvoorbeeld door hun culturele achtergrond, opleidingsniveau en het inkomen van hun ouders. Discriminatie en racisme spelen hierbij vaak een grote rol. Zo hebben leerlingen en studenten met een migratieachtergrond vaker te maken met stagediscriminatie. Ze hebben bijvoorbeeld moeite om een stage te vinden vanwege hun naam of uiterlijk. Dat beïnvloedt hun kansen tijdens hun studie. Ook de toeslagenaffaire is een voorbeeld van oneerlijke behandeling. Hierin speelde discriminatie een grote rol. Vooral ouders met een naam die niet Nederlands klinkt werden extra gecontroleerd.
Welke impact heeft discriminatie of racisme op kinderen en jongeren?
Voorzieningen en systemen
In Nederland zijn niet alle voorzieningen en systemen inclusief. Ze sluiten niet altijd goed aan bij wat kinderen en jongeren nodig hebben om zich te ontwikkelen. Zo heeft het huidige onderwijssysteem kenmerken die kunnen bijdragen aan kansenongelijkheid. Bijvoorbeeld door sterke differentiatie in het onderwijs, en vroege selectie waardoor kinderen al op jonge leeftijd worden ingedeeld in een niveau in het vervolgonderwijs. Daardoor kunnen leerlingen op een schoolniveau komen dat niet altijd aansluit bij wat ze kunnen. Dit gebeurt vaker bij kinderen die opgroeien in gezinnen met een lagere sociaaleconomische achtergrond.
Ook andere systemen dragen bij aan kansenongelijkheid. Het toeslagensysteem is bijvoorbeeld ingewikkeld. Je moet hiervoor de Nederlandse taal goed beheersen en administratie nauwkeurig bijhouden. Mensen die hier minder goed in zijn, kunnen daardoor worden buitengesloten. Daarnaast zorgt het woningbeleid er soms voor dat er bepaalde wijken minder voorzieningen hebben, zoals veilige speelplekken, goede zorg en goed onderwijs. In deze wijken is het ook vaker onveilig.
Wat is kansenongelijkheid in het onderwijs?Het schooladvies en onderadvisering
Samenhangende aanpak nodig voor kansengelijkheid
Samenspel van factoren
Het is belangrijk om iemand en diens achtergrond niet de schuld te geven van ongelijkheid. Dat heet 'deficit denken'. Dit is niet alleen onterecht, maar zorgt ook voor meer vooroordelen en stereotypen. Tegelijk is 'het systeem' niet de enige oorzaak van kansenongelijkheid. Het ontstaat door meerdere oorzaken en is dus een combinatie van verschillende factoren.
Factoren versterken elkaar
Verschillende oorzaken van kansenongelijkheid versterken elkaar. Dit werkt als een domino-effect. Bijvoorbeeld: de culturele achtergrond van een kind kan ervoor zorgen dat leraren lage verwachtingen hebben van het kind. Daardoor ontstaat soms onderadvisering: leraren geven dan een lager schooladvies dan wat bij het kind past. Soms zorgt dit ervoor dat leerlingen ook echt minder gaan presteren dan ze kunnen, wat weer invloed heeft op hun zelfvertrouwen en welbevinden.
Samenhang op meerdere leefdomeinen
Om kansengelijkheid te bevorderen is een samenhangende aanpak nodig op meerdere leefdomeinen. Zo is het belangrijk dat kinderen en gezinnen die dat het hardste nodig hebben, extra hulp krijgen. Denk aan extra financiële hulp voor gezinnen die in armoede leven. Maar er moet ook meer aandacht en bewustzijn komen voor het bestrijden van sociale uitsluiting en de invloed daarvan op kansenongelijkheid. Daarnaast is het belangrijk om kritisch te blijven kijken naar waar systemen wringen en hoe systemen kunnen zorgen voor meer kansenongelijkheid.
Bronnen
- Agirdag, O. (2016). Diversiteit in het onderwijs. In 177236_Agirdag_2016_Hoofdstuk.pdf (pp. 1-15). Universiteit van Amsterdam.
- Badou, C., & Day, L. (2021). Factorenoverzicht gelijke kansen: Een overzicht van factoren die kansenongelijkheid beïnvloeden. Verwey-Jonker Instituut.
- Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). (2024). Factoren die samenhangen met kansenongelijkheid.
- Engle, P. L., & Black, M. M. (2008). The effect of poverty on child development and educational outcomes. Annals of the New York Academy of Sciences, 1136(1), 243-256. https://doi.org/10.1196/annals.1425.023
- Sociaal-Economische Raad (SER). (2021). ADVIES 21/09: Gelijke kansen in het onderwijs - Structureel investeren in kansengelijkheid voor iedereen.
- Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP). (2020). Kansrijk beleid tegen sociaaleconomische ongelijkheid in Nederland. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau.
- Traag, T. (2012). Early school-leaving in the Netherlands: A multidisciplinary study of risk and protective factors explaining early school-leaving (Proefschrift). Centraal Bureau voor de Statistiek.
-
Gelijke kansen en de invloed van sociaal, cultureel en economisch kapitaal
Gelijke kansen en de invloed van sociaal, cultureel en economisch kapitaalWetenDe kansen van kinderen worden beïnvloed door sociaal, cultureel en economisch kapitaal. Kinderen die hier minder toegang toe hebben, lopen vaker een achterstand op.
-
Kansengelijkheid in het onderwijs
Kansengelijkheid in het onderwijsHet is niet vanzelfsprekend alle leerlingen dezelfde kansen krijgen? Wat kun je doen voor gelijke kansen in het onderwijs?
-
Gevolgen van kansenongelijkheid
Gevolgen van kansenongelijkheidWetenKansenongelijkheid heeft veel negatieve gevolgen voor kinderen en jongeren. Het beïnvloedt hun sociaal-emotionele ontwikkeling, hun schoolloopbaan en hun arbeidsmogelijkheden.
-
Hoe kun je als leerkracht kansengelijkheid bevorderen in de klas?
Hoe kun je als leerkracht kansengelijkheid bevorderen in de klas?ProfessionalsOnderwijsDoenLeerlingen met dezelfde capaciteiten krijgen niet altijd dezelfde kansen. Wat kun je als leerkracht doen om deze ongelijkheid te doorbreken?