Onderzoek Jeugd en Opgroeien (OJO'11)

Het OJO'11 is een steekproefonderzoek uitgevoerd door het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) in samenwerking met het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Doel van het onderzoek is een goed beeld te krijgen van het gebruik van gespecialiseerde tweedelijns-jeugdzorgvoorzieningen (provinciale jeugdzorg, jeugd-ggz en jeugd-lvb). Voor dit onderzoek zijn ouders benaderd om hetzij een schriftelijke, hetzij een online vragenlijst in te vullen of middels een face-to-face-interview de vragen te beantwoorden. In de vragenlijst werd ingegaan op verschillende aspecten die kunnen samenhangen met opvoedingsproblemen, gedrags- en psychische problemen bij kinderen en jongeren en het gebruik van jeugdzorgvoorzieningen.

Het onderzoek brengt de kenmerken van jeugdigen met opgroeiproblemen en gezinnen met kind- en opvoedproblemen in kaart. Op deze manier biedt het een beeld van de samenhang tussen de problemen van kinderen en ouders en het gebruik van jeugdzorg. Ook wordt hiermee zichtbaar welke jeugdigen en gezinnen gebruik maken van jeugdzorg en hoe zich dat verhoudt tot de ernst van de problematiek.

Instelling

Sociaal Cultureel Planbureau en het Centraal Bureau voor de Statistiek

Methode

Soort onderzoek

steekproefonderzoek

Jaar dataverzameling

2010/2011

Instrumenten

Voor de vragenlijst is volgens de rapportage zoveel mogelijk gebruik gemaakt van eerder gebruikte en gevalideerde meetinstrumenten. Deze worden echter niet gespecificeerd.
Door middel van routing beantwoordden ouders alleen die vragen van de vragenlijst die in hun situatie relevant waren. Ouders die hadden aangegeven niet werkzaam te zijn, kregen bijvoorbeeld geen vragen over hun actuele werkkring. Vragen over problemen van het kind waren afgestemd op de leeftijd van het kind. Ook kregen ouders vragen die overeenkwamen met de 'zorgroutes' die ze aflegden en afleggen naar en binnen de jeugdzorgvoorzieningen.
Om ervoor te zorgen dat ook groepen met een migratieachtergrond goed in het onderzoek gerepresenteerd zouden zijn, is de vragenlijst vooraf uitvoerig getest en werd gebruikgemaakt van een vertaalde vragenlijst (Turks en Arabisch). De gegevens zijn door het CBS verrijkt met informatie uit het Sociaal Statistisch Bestand (bijvoorbeeld over het huishoudinkomen en contacten met de politie).

Afname

Er was sprake van een mixed-mode design, dit betekent dat ouders de mogelijkheid hadden om de vragenlijst op verschillende manieren in te vullen: via internet, de telefoon of een face-to-face-interview. Als eerste werd een aanschrijfbrief verstuurd naar de ouders van de kinderen, met het verzoek om via internet deel te nemen aan het onderzoek. In de twee weken erna kregen ouders die nog niet hadden gereageerd op de oproep een rappelbrief. De ouders die drie weken na ontvangst van de aanschrijfbrief niet via internet de vragenlijst hadden ingevuld noch aan het CBS hadden doorgegeven dat ze niet wilden deelnemen aan het onderzoek, zijn vervolgens opnieuw benaderd, maar nu telefonisch (wanneer het telefoonnummer bekend was) of via een huisbezoek. De groep ouders waarbij de non-respons werd veroorzaakt door een taalbarrière werd door een gespecialiseerd extern veldwerkbureau met native speakers nogmaals benaderd. Omdat er geen face-to-face-interviewers op de Waddeneilanden wonen en bezoek/interview aan huis in een deel van de Bijlmer gevaarlijk is, vond er geen face-to-faceherbenadering plaats op de Waddeneilanden en in de hoogbouw binnen de postcodegebieden 1102, 1103 en 1104 van de Bijlmer.

Steekproefgrootte en respons

Populatie

Kinderen en jongeren van 0 t/m 17 jaar in particuliere huishoudens van wie minstens een ouder in Nederland woont, niet tot de institutionele bevolking behoort en ingeschreven is in de GBA. Eerst zijn de kinderen willekeurig getrokken en daarna is gekeken in welk huishouden het kind woont. Een van de ouders die aan eerdergenoemde voorwaarden voldoet, is benaderd voor het interview. Echter, de (doel) kinderen zijn de steekproefpersonen.

Steekproefgrootte

Er werden 34.400 steekproefpersonen benaderd. Uiteindelijk werd er over 25.117 kinderen de vragenlijst ingevuld, een respons van 73 procent.

De ouders van 9223 kinderen en jongeren (27 procent) hebben om diverse redenen de vragenlijst niet ingevuld en teruggestuurd. Een vijfde van deze groep valt uit door zogeheten kaderfouten (onder kaderfouten wordt onder andere verstaan: Adres onvindbaar/bestaat niet, geen woonadres, overleden of verhuisd naar buitenland) en is dus ook niet benaderd. Van de benaderde steekproefpersonen valt 23 procent onder de non-respons. Meer dan de helft (60%) van deze groep heeft geweigerd om mee te doen met de enquête. Bij 11% van de non-respons was een taalbarrière de oorzaak waarom niet is deelgenomen.

De non-responsgroep is niet afwijkend van de responsgroep als het gaat om kenmerken als leeftijd en geslacht. Bij etniciteit zijn bij de non-responsgroep de migranten oververtegenwoordigd. Dit ondanks de extra moeite die gedaan is om die groep bij het onderzoek te betrekken door vertaalde vragenlijsten aan te bieden. Ook is te zien dat bij de grote steden de neiging om mee te werken aan de enquête minder is en de uitval dus groter.
Een weging is uitgevoerd om populatieschattingen te kunnen maken met de verzamelde data. Met de enquêtegegevens worden analyses gedaan waarbij achtergrondkenmerken worden gebruikt van de steekproefpersonen (de kinderen), hun ouders, hun gezinnen en hun omgeving. Vanwege de hoge respons en het gebruik van weging kunnen de resultaten uit het OJO-onderzoek, volgens de onderzoekers, een goed en betrouwbaar beeld geven van de situatie in Nederland.

Leeftijd

Het grootste deel van de kinderen was ten tijde van de vragenlijst 5-11 jaar (41 procent), 34 procent van de kinderen was 12-17 jaar, en 26 procent was 0-4 jaar.

Verdeling sekse

Van de kinderen was 51 procent jongen en 49 procent meisje.

Etniciteit

Van de kinderen was de meerderheid (80 procent) van Nederlandse afkomst. Een kleine minderheid was eerste generatiemigrant (2 procent) en 18 procent van de kinderen behoorde tot de tweedegeneratie migranten.

Kwaliteit van het onderzoek

    Criteria
    Is de methode van dataverzameling beschreven? Ja
    Is de plaats / setting van dataverzameling beschreven? Ja
    Is de periode waarin dataverzameling plaatsvond beschreven? Ja
    Criteria
    Beschrijving selectiviteit steekproef
    Is de leeftijd beschreven? Ja
    Is de sekseverdeling beschreven? Ja
    Is de verdeling naar etnische herkomst beschreven? Ja
    Is de verdeling naar urbanisatiegraad beschreven? Ja
    Is de verdeling naar opleidingsniveau beschreven? Nee
    Is de verdeling van sociaal-economische status beschreven? Nee
    Beschrijving rekrutering steekproef
    Is de manier waarop de selectie van de steekproef plaatsvond beschreven? Ja
    Is er volgens de onderzoekers sprake van selectiviteit van non-respons? Ja
    Representativiteit steekproef
    Is de steekproef volgens de onderzoekers representatief m.b.t. leeftijd? Ja
    Is de steekproef volgens de onderzoekers representatief m.b.t. sekse? Ja
    Is de steekproef volgens de onderzoekers representatief m.b.t. urbanisatiegraad van de woonplaats? Ja
    Is de steekproef volgens de onderzoekers representatief m.b.t. sociaal-economische status van de ouders/opvoeders? Ja
    Steekproefgrootte
    Is beschreven of de steekproefgrootte volgens de onderzoekers voldoende is voor betrouwbare uitspraken? Ja
    Criteria
    Is beschreven welke vragen of instrumenten zijn gebruikt voor de berekening van de prevalenties? Nee
    Criteria
    Is de data-cleaning beschreven? Nee
    Zijn datamanipulaties cq berekeningen beschreven? Ja
    Is er een beschrijving van de gebruikte statistische methoden? Nee
    Criteria
    Is beschreven of er een proefleider aanwezig was tijdens de afname? N.v.t.
    Is beschreven hoeveel tijd de respondenten hadden voor het beantwoorden van de vragen? N.v.t.
    Is beschreven hoe men is omgegaan met de privacy van de respondenten tijdens de afname? Nee

    Publicatiegegevens

    Bot, S., Roos, S. de, Sadiraj, K., ... [et al.] (2013). 'Terecht in de jeugdzorg : voorspellers van kind- en opvoedproblematiek en jeugdzorggebruik'. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP)