Relaties in gezinnen blijven goed tijdens corona

De coronacrisis heeft de relaties tussen partners en binnen gezinnen niet of positief veranderd. 10 procent van de deelnemers aan een onderzoek van de Universiteit Utrecht rapporteert echter een negatieve invloed en meer relatie- en gezinsproblemen.

De Universiteit Utrecht nam in juli en oktober een vragenlijst af onder duizend samenwonende en getrouwde stellen met en zonder thuiswonende kinderen. De stress thuis kan behoorlijk toenemen, zo bleek. Dat komt door het combineren van werk, school en privéleven, toekomstonzekerheid, werkdruk, of financiële zorgen. Toch overheerst in het onderzoek het beeld van veerkrachtige relaties en gezinnen tijdens de eerste acht maanden van de coronacrisis, stelt onderzoeker Esther Kluwer. De respondenten besteden meer aandacht aan het huishouden en de kinderen. Ze hebben meer tijd voor elkaar en delen meer dingen met elkaar.

Sociale steun

10 procent van de respondenten heeft meer last van stress en spanningen, door bijvoorbeeld problemen met werk, ziekte of financiën. Voor hen heeft de coronacrisis een meer negatieve impact, met meer relatie- en gezinsproblemen en meer verbaal geweld tussen partners, aldus de onderzoeker. Dat is met name het geval wanneer stress gepaard gaat met weinig externe sociale steun, en wanneer partners samen niet goed kunnen omgaan met stress.

Het is mogelijk dat negatieve effecten van de coronacrisis op relaties en gezinnen pas in het voorjaar van 2021 zichtbaar worden, denkt Kluwer. Binnenkort verwacht ze de uitkomsten van een meting in februari. De resultaten van de meting in juli en oktober zijn nog niet wetenschappelijk gepubliceerd.

'Dit dubbele beeld zie je ook in eerdere onderzoeken naar de gevolgen van corona voor gezinnen', zegt Caroline Vink van het Nederlands Jeugdinstituut. 'Enerzijds is het leven rustiger en hebben gezinsleden meer tijd voor elkaar. Anderzijds zeggen ouders: We trekken het niet meer. Dat speelt vooral sinds de tweede lockdown.'

Praatje bij de zandbak

'Je ziet hier weer hoe belangrijk emotionele en praktische steun is voor ouders. Nu het praatje bij de zandbak is weggevallen, krijgen veel ouders die steun niet meer.' Vooral professionals in het onderwijs en de kinderopvang kunnen daarop inspringen, denkt Vink. 'Onderschat niet hoeveel verschil het maakt als je als professional aan een ouder vraagt: Hoe gaat het eigenlijk met jou? Red je het nog?' Professionals kunnen ook de onderlinge steun tussen ouders stimuleren. Vink: 'Vraag of ze wel eens met andere ouders praten over hoe het gaat. Of stel voor dat ze het kind van een andere ouder een middag thuis opvangen.'

Bron: Universiteit Utrecht; Nederlands Jeugdinstituut