Gemeenten worstelen met grip op sociaal domein

Veel gemeenten hebben nog steeds moeite om grip te krijgen op de financiën in het sociaal domein. Dat blijkt uit de derde tussenrapportage van de Visitatiecommissie financiële beheersbaarheid sociaal domein.

Vijf jaar na de decentralisatie worstelen nog steeds veel gemeenten met de uitgaven in het sociaal domein. Gemeenten hebben vaak overschrijdingen op hun begroting. Dit maakt het lastig om te investeren in de transformatie.

Aanbevelingen

De visitatiecommissie beschrijft in de tussenrapportage de bevindingen uit vijftien visitaties en schetst aanbevelingen voor gemeenten om meer grip te krijgen op de financiën in het sociaal domein. Zo kunnen duidelijke en meetbare doelstellingen helpen om te evalueren hoe effectief het gevoerde beleid is.

Knelpunten

De commissie benoemt ook een aantal knelpunten waar gemeenten geen invloed op hebben, maar die wel veel effect hebben op de financiën van de gemeente. Hierbij gaat het bijvoorbeeld om de verwijsstromen buiten de gemeente om. Gemeenten moeten hier volgens de commissie meer grip op krijgen middels een zogenaamde 'kan-bepaling'. Dit betekent dat de gemeente na de verwijzing wel kan beslissen dat de hulp wordt verstrekt, maar dat niet moet beslissen. Zo heeft de gemeente invloed op de hulp die iemand krijgt.

Verwijsstromen

Het NJi is samen met Movisie en Divosa ook betrokken bij de visitaties. Lieke Salomé en Monique Malmberg van het NJi kunnen zich goed vinden in de conclusies en aanbevelingen van de commissie.

Wel plaatsen Salomé en Malmberg een kanttekening bij de aanbeveling over verwijsstromen. Salomé: 'Als NJi begrijpen we de worsteling van gemeenten rondom de wettelijk verwijzers zoals huisartsen, medisch specialisten en gecertificeerde instellingen. Ook erkennen we dat gemeenten geen directe invloed kunnen uitoefenen op de verwijzing, maar wel verantwoordelijk zijn voor het resultaat en de kosten. Toch zou het NJi meer de lijn van samenwerking en partnerschap willen zoeken. We adviseren hierbij om de samenwerking tussen huisartsen en gemeenten een minder vrijblijvend karakter te laten hebben. Huisartsen en gemeenten moeten er samen uit komen. Dit kan bijvoorbeeld met een constructie waarbij je de samenwerking meer gaat verplichten.'

Bron: VNG; Nederlands Jeugdinstituut