Mensenhandelaar is niet langer klassieke loverboy

Het klassieke beeld van de loverboy die misbruik maakt van de verliefdheid van zijn slachtoffer lijkt achterhaald. Dat blijkt uit onderzoek van het Centrum tegen Kinderhandel en Mensenhandel (CKM).

In opdracht van de politie onderzocht het CKM 25 opsporingsdossiers van mensenhandelaren. Daarnaast spraken de onderzoekers met advocaten en medewerkers van de reclassering, politie en justitie. Door de omvang van het onderzoek is niet duidelijk of de uitkomsten representatief zijn voor de hele groep daders.

51 procent van de daders in het onderzoek maakte geen misbruik van een vriendschaps- of liefdesrelatie om het slachtoffer te ronselen en seksueel uit te buiten, maar gebruikte andere dwangmiddelen. Zo lijkt afpersing met seksueel getinte beelden toe te nemen.

Bij de helft van de onderzochte slachtoffers was de ronselperiode korter dan een week. Verder lijken mensenhandelaren zich bewust te richten op jonge en kwetsbare slachtoffers, zoals minderjarigen die verblijven in een jeugdinstelling.

Online contact

Online contact speelt vooral een belangrijke rol als slachtoffer en dader elkaar nog niet kennen. In bijna 80 procent van die gevallen, met name bij minderjarige slachtoffers, wordt het eerste contact gelegd via sociale media, dating-apps of sekssites. Ook prostitutieklanten worden vaak digitaal benaderd, voornamelijk via sekscontactadvertenties op reguliere websites.

Weerbaar maken

De rol van online contacten bij mensenhandel neemt al jaren toe, vertelt Stefanie Abrahamse van het Nederlands Jeugdinstituut. 'Online is het makkelijk om contact te leggen en vertrouwen te winnen. Zeker kinderen en jongeren zijn daar kwetsbaar voor en hen weerbaarder maken is een belangrijk onderdeel van preventie.'

'Praat met kinderen en jongeren over wat ze online meemaken. Dat kan een lastig gesprek zijn, maar het hoort ook bij de seksuele opvoeding. Welke intieme zaken wil je delen met wie? Weet je genoeg van die persoon om die te vertrouwen? Hoe voorkom je dat iemand je kan chanteren met een sexy foto? Wat doe je als het toch gebeurt? Probeer die gesprekken zonder oordeel te voeren, zodat jongeren niet het gevoel krijgen dat ze iets doen waarvoor ze zich moeten schamen. En dat ze niet denken dat het hun eigen schuld is als er iets gebeurt wat ze niet willen.'

Beroepsopvoeders

Die tips gelden ook voor beroepsopvoeders in jeugdhulpinstellingen, zegt Abrahamse. 'In een groep kun je met elkaar bespreken wat normaal is en wat niet. Waar je grenzen liggen en hoe je 'nee' kunt zeggen. Jongeren merken dan dat ze het met elkaar of met een volwassene kunnen bespreken als een contact niet 'goed' voelt.'

Bron: Centrum tegen Kinderhandel en Mensenhandel; Nederlands Jeugdinstituut