Mijn kinderen pesten elkaar

Pesten komt overal voor, ook thuis binnen gezinnen. Vaak wordt dit gezien als iets wat erbij hoort. Gewoon wat plagen of ruziemaken met een broer of zus is toch normaal? Er is een verschil tussen plagen en pesten. Pesten door een broer of zus kan vervelende gevolgen hebben voor de lange termijn. Maar wanneer is iets pesten? En wat kun je daar als ouder tegen doen?

Uitdagen, plagen, ruzie of pesten?

Het is belangrijk om te beseffen dat er ook binnen gezinnen gepest kan worden. Misschien denk je: 'mijn kinderen zijn nog jong en dagen elkaar uit'. Of 'ze plagen elkaar gewoon een beetje'. Of je hoort anderen zeggen: 'Ruziemaken hoort erbij'. Maar deze 'normale' ruzies tussen broers en zussen kunnen overgaan in pesten. Het is dus belangrijk om daar alert op te zijn.

Signalen waar je op kunt letten:

  • Je kinderen kunnen bijna nooit goed met elkaar opschieten en laten elkaar bijna nooit zien dat ze elkaar aardig vinden.
  • De ruzies lopen vaak uit de hand en je kinderen praten ruzies niet uit.
  • De machtsverhouding is ongelijk: er is een duidelijke pester en een gepeste. De pester is bijvoorbeeld ouder, sterker, of agressiever en impulsiever dan de gepeste, waardoor de gepeste hier niet goed tegenin kan gaan.

Pesten binnen het gezin voorkomen en aanpakken

Om pesten binnen je gezin te voorkomen of stoppen, kun je als ouder het volgende doen:

Geef het goede voorbeeld

Ook ouders onderling maken ruzie, of ouders met hun kinderen. Zorg dat je ruzies achteraf altijd uitpraat. En probeer te voorkomen dat ruzies zo heftig worden dat je persoonlijke, pijnlijke dingen tegen elkaar zegt. Veroordeel iemand niet als persoon, maar wijs het ongewenste gedrag van diegene af. Slaan, schoppen, uitschelden of andere vormen van fysiek of verbaal geweld gebruiken is altijd verkeerd. Gebeurt dit in jouw gezin toch? Probeer dan steun in je eigen netwerk te zoeken, bijvoorbeeld bij buren, vrienden of familie. Of klop aan bij het wijkteam.

Geef je kinderen complimenten als ze leuk met elkaar omgaan

Het is goed om hen te laten merken dat je er blij van wordt als ze fijn met elkaar spelen. Dan geef je aandacht aan positief gedrag, in plaats van alleen aandacht te geven bij negatief gedrag zoals ruzie. Dat betekent trouwens niet dat ruzie maken niet mag of niet goed is. Als ze het maar goed kunnen uitpraten.

Met je kinderen praten over pesten

Doe dit apart met de kinderen, maar ook samen als gezin. Leg uit wat pesten is, wat dit met iemand doet en wat de gevolgen van pesten kunnen zijn. Bespreek samen hoe jullie het graag anders zouden willen. Probeer met het kind dat pest erachter te komen waarom het dat doet. Lees meer informatie op de pagina Mijn kind pest. Blijf zelf rustig, word niet boos en neem je kinderen serieus. Praat samen over een oplossing. Hoe voorkomen jullie het pesten? En wat doen jullie als het toch weer gebeurt?

Rekening houden met elkaar

Het kan helpen als je je kinderen helpt om rekening te houden met elkaar. En om te oefenen met nadenken over de gevoelens van een ander. Vraag bijvoorbeeld hoe ze zich zouden voelen als de rollen omgedraaid waren. En laat hen samen een oplossing bedenken die voor iedereen werkt.

Grijp in als een ruzie uit de hand loopt

Dat doe je door hardop te zeggen wat je ziet en wat de gevolgen zijn. 'Ik zie dat Roos Joris buitensluit en dat Joris nu verdrietig is.' Vraag de kinderen hoe het opgelost kan worden. Lukt dat niet, help hen dan. Geef een compliment als het je kinderen lukt om daarna zonder ruzie verder te gaan.

Lees meer informatie op de pagina's Mijn kind wordt gepest en Mijn kind pest

Advies vragen 

Heb je het gevoel dat het pesten niet minder wordt, en dat je gezin er last van heeft? Of vraag je je af of de situatie in jouw gezin normaal is? Het helpt om hierover te praten en advies te vragen. Bij iemand uit je eigen netwerk, bijvoorbeeld een andere ouder, vriend(in) of iemand uit je familie. Of neem contact op met een professional, bijvoorbeeld iemand uit het lokale wijkteam, of een professional van Veilig Thuis.

Gevolgen van pesten in het gezin

Uit een onderzoek blijkt dat gepest worden door broertjes en zusjes later nare gevolgen kan hebben. Het kan op latere leeftijd bijvoorbeeld leiden tot gedrags- en emotionele problemen, depressie en angsten. Ook kan het steeds pesten van een gezinslid later zelfs leiden tot psychische ziektes als een bipolaire stoornis of schizofrenie. In het onderzoek hadden tieners die thuis vaker gepest werden de meeste kans op psychische problemen.

En of kinderen nu gepest waren of zelf hadden gepest, de kans was twee tot drie keer groter dat ze psychische problemen kregen. Als het pesten op school én thuis voorkwam, was het risico zelfs vier keer groter. Het is dus belangrijk dat ouders en professionals naar manieren zoeken om dit te voorkomen.

Meer over de gevolgen van pesten lees je op de pagina Gevolgen voor gepeste, pester en omstanders.

Zoek je als ouder of opvoeder hulp of advies? Bekijk hier waar je terecht kunt.

Hulp en advies voor ouders