Met welke wetgeving heb je rond oza's te maken?

Wanneer een kind of jongere naar het gespecialiseerd onderwijs gaat, gelden vaak meerdere wetten tegelijk: de Jeugdwet, de Wet passend onderwijs, de Wet langdurige zorg (Wlz) en de Zorgverzekeringswet. Dit veroorzaakt een complexe situatie, waarin ouders, scholen, zorgkantoren en gemeenten samen moeten zorgen voor een goede afstemming van onderwijs, zorg en financiering.

Met welke wetten krijg je te maken bij een oza?

De belangrijkste wetten voor zorg in onderwijstijd zijn de wet Passend Onderwijs Jeugdwet, de Wet langdurige zorg (Wlz) en de Zorgverzekeringswet (Zvw). Het grote verschil tussen deze wetten zit in de manier waarop de zorg wordt betaald. 

De Wlz en Zvw 

Dit zijn verzekeringswetten. Dat betekent dat kinderen en jongeren alleen zorg krijgen als deze zorg is aangevraagd en goedgekeurd. De vergoeding is gekoppeld aan het kind of de jongere zelf en de hoeveelheid zorg die het krijgt. 

De Jeugdwet

Deze wet biedt niet alleen de mogelijkheid om voor een individueel kind of individuele jongere jeugdhulp in te zetten, maar ook de mogelijkheid om zorg voor een groep kinderen of jongeren tegelijk te regelen, zonder dat elk kind of elke jongere daarvoor eerst een aparte indicatie nodig heeft. Zo kan bijvoorbeeld een jeugdhulpverlener op school worden ingezet voor het ondersteunen van meerdere kinderen. Dat heet collectieve of taakgerichte bekostiging. 

De Wet passend onderwijs 

Deze wet combineert verschillende vormen van ondersteuning, waarvan sommige voor een hele school of groep worden geregeld, terwijl andere juist specifiek voor één kind of jongere bedoeld zijn. Voor individueel toegekende ondersteuning geeft een samenwerkingsverband passend onderwijs een toelaatbaarheidsverklaring (TLV) af. Deze TLV kan 'laag', 'midden' of 'hoog' zijn, afhankelijk van hoeveel ondersteuning het kind of de jongere nodig heeft. Die ondersteuning wordt vervolgens bekostigd vanuit het onderwijs. De samenwerkingsverbanden passend onderwijs hebben nog geen eenduidige landelijke criteria en afspraken over de hoogte van het budget dat daarvoor beschikbaar is. Dat wordt nu nog per regio verschillend geregeld en kan zorgen voor ongelijkheid tussen regio's of doelgroepen. 

Welke wetten zijn voor kinderen en jongeren belangrijk? Zvw-algemeen: hoe werkt de Zorgverzekeringswet? (Zorginstituutnederland.nl)

Wie is verantwoordelijk voor het aanbod van zorg binnen een school? 

In Nederland valt de organisatie en financiering van onderwijs en van zorg onder verschillende wetgeving en daarmee onder aparte financieringssystemen. Het combineren van onderwijs en zorg is altijd toegestaan, maar het is niet altijd meteen duidelijk wie waarvoor verantwoordelijk is en wie wat moet betalen. Is dat de gemeente, het zorgkantoor, de school of het samenwerkingsverband passend onderwijs?

Ondanks de scheiding tussen onderwijs en zorg in de Nederlandse wetgeving, is er in de praktijk vaak sprake van overlap, vooral bij leerlingen met een beperking of extra ondersteuningsbehoefte. Dit zijn de wettelijke kaders die van toepassing kunnen zijn:

Onderwijsondersteuning – Wet op het primair onderwijs (WPO)/Wet passend onderwijs

Volgens de onderwijswetgeving is een school verplicht om extra ondersteuning te bieden aan leerlingen die dat nodig hebben. In artikel 18a van de WPO staat dat scholen verantwoordelijk zijn voor: 'het bieden van ondersteuning aan leerlingen die dat nodig hebben voor hun onderwijsontwikkeling.' De wet geeft bewust geen harde definitie van wat extra ondersteuning inhoudt. Het gaat om een brede invulling die kan verschillen tussen scholen in het regulier of het speciaal onderwijs. Voorbeelden zijn extra begeleiding, aangepast lesmateriaal of extra tijd voor toetsen.

Jeugdhulp in de klas – Jeugdwet

De Jeugdwet (artikel 2.3) verplicht gemeenten om te zorgen voor ondersteuning die jongeren helpt om veilig, gezond en zelfstandig op te groeien en mee te doen in de maatschappij. In de Memorie van Toelichting bij de Jeugdwet (2014) staat duidelijk dat onderwijsdeelname een vorm van maatschappelijke participatie is. Gemeenten zijn dus verantwoordelijk voor het bieden van zorg op school wanneer dat nodig is, zoals persoonlijke verzorging, bijvoorbeeld in de vorm van hulp bij toiletgang of eten, begeleiding in de klas, gedragsregulering of ondersteuning van de sociaal-emotionele ontwikkeling. Gemeenten kunnen deze zorg collectief of individueel organiseren.

Langdurige zorg op school – Wet langdurige zorg (Wlz)

Kinderen en jongeren met een zware, meestal blijvende beperking kunnen een indicatie krijgen voor de Wet langdurige zorg (Wlz). Daardoor kunnen zij gebruik maken van zorg, bijvoorbeeld in de vorm van begeleiding, persoonlijke verzorging of verpleging. Deze zorg mag ook tijdens onderwijstijd op school worden ingezet. De Wlz vervangt dan de Jeugdwet. 

Handreiking afbakening financiering onderwijs en zorg (Samennaarschoolinitiatieven.nl)Model Passende Samenwerking (Foodvalleyjeugdhulponderwijs.nl)Jeugdhulp en onderwijs (Zorginregiohartvanbrabant.nl)Onderzoek naar de organisatie en financiering van ondersteuning in het (voortgezet) speciaal onderwijs (Netwerkmetandereogen.nl)

Op zoek naar vereenvoudiging en maatwerk

De ministeries van VWS en OCW onderzoeken de mogelijkheden voor het aanpassen van de Jeugdwet en de Wlz om collectieve financiering voor het gespecialiseerd onderwijs eenvoudiger te maken. Daarvoor lopen op dit moment de volgende projecten en experimenten:

Project Zorg in OnderwijstijdExperiment onderwijs-zorgarrangementenBekostigingsexperiment Wet langdurige zorg in onderwijstijd

Wat speelt er rond oza's?

Eva de Jong

Eva de Jong

senior inhoudsdeskundige Kwaliteit, beleid en monitoring
e.dejong [at] nji.nl