Wat werkt bij de aanpak van kindermishandeling?

Onderzoek naar de aanpak van kindermishandeling is nog steeds beperkt. Hoewel sommige interventies positieve effecten laten zien, is er ook nog veel onduidelijk. Zo blijken universele en selectieve preventie maar weinig effect en soms zelfs negatieve effecten te hebben, hoewel het zeer wenselijk is om kindermishandeling te voorkomen.

Over de hulpverlening na kindermishandeling is nog veel onduidelijk. Duidelijk is dat in deze gezinnen vaak veel aan de hand is en dat er op verschillende levensterreinen hulp nodig is. Het is belangrijk dat het geweld in het gezin stopt, of ten minste afneemt. Bij afname van geweld neemt ook opvoedstress van ouders af en neemt de veiligheidsbeleving toe. Verder hebben kinderen hulp nodig om traumatische ervaringen te verwerken en om emotionele en gedragsproblemen te verminderen. Trauma-focused cognitieve gedragstherapie en EMDR lijken effectief, maar onderzoek hiernaar is zeer beperkt.

Daarnaast zijn de samenwerking tussen hulpverleners en afstemming van hulp een aandachtspunt in gezinnen met complexe problemen. Er zijn vaak veel verschillende risicofactoren die multidisciplinair en systemisch aangepakt moeten worden om de veiligheid te herstellen en de leefsituatie te verbeteren. De effecten van de hulp moeten ook zorgvuldig gemonitord worden. Zo kan de de hulp waar nodig bijgesteld worden.

De aanpak van kindermishandeling vraagt om een scala aan zowel preventieve interventies als interventies gericht op hulp en bescherming na kindermishandeling. Interventies specifiek gericht op de aanpak van kindermishandeling hebben daarbij de voorkeur boven meer algemene interventies gericht op opvoeding of gedragsproblemen.

Preventieve interventies

  • Universele en selectieve preventie zijn belangrijk maar minder effectief dan interventies voor hoogrisicogezinnen en interventies bij vroege signalen.
  • Preventieve interventies zijn het meest effectief als zij inzetten op:
    • het vergroten van het gevoel van competentie van ouders;
    • het verbeteren van attitude/verwachtingen over de opvoeding;
    • het vergroten van opvoedingsvaardigheden.
  • Preventieve interventies die goed kunnen worden ingezet bij gezinnen met een verhoogd risico op kindermishandeling of bij vroege signalen van kindermishandeling zijn gerichte oudertrainingsprogramma's en huisbezoekprogramma's.

Hulpverlening en bescherming

  • Als kindermishandeling eenmaal heeft plaatsgevonden, is er een divers aanbod nodig, gericht op zowel ouders als kinderen.
  • Herkenning en erkenning van het geweld is een belangrijke voorwaarde om het te laten stoppen. Als gezinnen veel worden doorverwezen, blijft het geweld ondertussen voortduren. Het is belangrijk dat professionals als een netwerk om en met het gezin samenwerken om de veiligheid te herstellen.
  • In de hulpverlening aan ouders na lichamelijke mishandeling zijn training in positieve opvoedingsvaardigheden, woedebeheersing en stressmanagement de meest effectieve benaderingen. Veel van dergelijke trainingen en programma's maken gebruik van cognitief-gedragstherapeutische technieken.
    • Naast interventies die het opvoeden van ouders beïnvloeden, is het belangrijk om hulp en ondersteuning in te zetten voor eventuele eigen problemen van ouders.
    • Daarbij is belangrijk dat hulp geprioriteerd wordt en gefaseerd ingezet wordt, zodat ouders niet met hulp overspoeld worden.
  • Verschillende situaties vragen ook om een verschillende aanpak. Zo zijn er verschillende beelden van geweld te zien. Bijvoorbeeld veel stress in het gezin, waardoor conflicten ontstaan. Daar kan het helpen om het aantal stressoren te verminderen. Bij gezinnen met langdurige zorg vanwege een beperking of psychische problemen, is ondersteuning bij die zorg nodig.
  • Voor kinderen die met lichamelijke mishandeling of seksueel misbruik te maken hebben gehad, lijken trauma-focused cognitieve gedragstherapie en EMDR effectief te zijn. Het onderzoek hiernaar is nog beperkt, maar laat wel veelbelovende resultaten zien.
  • Er zijn in Nederland veel intensieve pedagogische thuishulpprogramma's beschikbaar. Deze blijken opvoedingsvaardigheden te verbeteren en gedragsproblemen bij kinderen te verminderen. Echter, na afloop van deze interventies zijn er nog veel problemen waarvoor gezinnen hulp nodig hebben. Ook blijken ze uithuisplaatsing niet te voorkomen.
  • Voor sommige kinderen blijkt een uithuisplaatsing noodzakelijk. Onderzoek laat zowel positieve als negatieve effecten hiervan zien. Het is nog onvoldoende duidelijk voor welke kinderen en onder welke condities een uithuisplaatsing positieve resultaten heeft.
  • Er is nog weinig onderzoek gedaan naar interventies voor kinderen die getuige zijn van geweld tussen hun ouders. Interventies gericht op moeders en kinderen lijken succesvol te zijn. Het is daarbij vooral belangrijk dat ouders verantwoordelijkheid nemen voor de veiligheid van hun kinderen. Dat betekent meestal dat het nodig is dat zij opvoedingsvaardigheden leren. Daarnaast is het van belang dat kinderen steun ontvangen vanuit een sociaal netwerk en dat zo nodig wordt gewerkt aan het uitbreiden van deze sociale steun.

Meer informatie

Lees meer in Wat werkt bij de aanpak van kindermishandeling?

Meer informatie over de aanpak van kindermishandeling is ook te vinden op de site van het Kenniscentrum Kinder- en Jeugdpsychiatrie.

Agnes Derksen

Agnes Derksen

senior medewerker inhoud