Een deel van de Groningse kinderen die wonen in een huis met bevingsschade voelt zich onveilig. Dat blijkt uit onderzoek van de Rijksuniversiteit Groningen en jeugd-ggz-aanbieder Jonx. De onderzoekers adviseren met kinderen te praten over de gevolgen van gaswinning en hun gevoelens.
De onderzoekers spraken met 49 kinderen en jongeren en 7 professionals; de ouders van 38 kinderen vulden een vragenlijst in. Hoe meer de kinderen blootstaan aan schade door gaswinning, des te meer last rapporteren zij. Ze voelen zich onveilig, zijn bang voor aardbevingen, hebben concentratieproblemen en slapen slecht.
Leven in het aardbevingsgebied zorgt voor instabiliteit in het gezin, signaleren de onderzoekers. Ouders zijn minder beschikbaar voor hun kinderen en er is meer onenigheid thuis.
De onderzoekers adviseren professionele steun te bieden aan ouders die veel stress ervaren door de gaswinningsproblematiek, zodat ze emotioneel beschikbaar kunnen zijn voor hun kinderen. Kinderen moeten meer voorlichting krijgen over de problematiek. In de procedures voor de aanpak van aardbevingsschade is aandacht nodig voor kwetsbare kinderen en gezinnen, bij wie de kans op negatieve gevolgen groter is. Hulpverleningsinstanties en scholen in het gaswinningsgebied kunnen cliënten en leerlingen daarop screenen, denken de onderzoekers.
Bron: Rijksuniversiteit Groningen (RUG)